Learn dutch 100% free
Log in!

Click here to log in
New account
Several accounts created on all our sites.
JOIN our free club and learn for free now!

  • Home
  • Report a bug


  •  


    Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #64861
    > Other Dutch exercises on the same topic: Particles [Change theme]
    > Similar tests: - Present-particles - Verbs + particle - Particle : IN - Present perfect-Verbs + particle - Verbs + particle - Particle: AAN - Past participles-Verbs + particle - Particles : DOOR
    > Double-click on words you don't understand


    Verbs + particle


    Write down the full sentence.





    Twitter Share
    Dutch exercise "Verbs + particle" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
    Click here to see the current stats of this Dutch test

    Please log in to save your progress.


    1. Hij (voorstellen) zijn vriendin aan zijn ouders.

    2. Ik (aanbieden) hem bier en wijn.

    3. Hij (opsturen) dat kaartje naar zijn vriend.

    4. Paula (afwerken) haar taak.

    5. Hij (opmerken) dat dit bord gebroken is.

    6. De bediende (opbellen) zijn klant.

    7. De bezoeker (invullen) het formulier.

    8. De politieagent (terugvinden) de hond van de oude dame.


    9. De advocaat (voorleggen) zijn argumenten.

    10. De kinderen (instappen) de bus om naar school te gaan.










    End of the free exercise to learn Dutch: Verbs + particle
    A free Dutch exercise to learn Dutch.
    Other Dutch exercises on the same topic : Particles | All our lessons and exercises