> Other Dutch exercises on the same topic: | Past [Change theme]
	> Similar tests: - Temps primitifs-classement par groupes - Present perfect - Primitive tenses - Compound tenses-auxiliaries - Present perfect - Past Perfect - Present perfect - Imperfect-Zijn / Hebben
	> Double-click on words you don't understand

Past participles

Twitter Share
Dutch exercise "Past participles" created by ilona2 with The test builder. [More lessons & exercises from ilona2]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

Op Paaszondag had Oma een spelletje voor haar kleinkinderen (organiseren) . Voor elk kind had zij een ei hard (koken) en om ieder ei een touwtje (binden) . Daarna had zij de eieren in het midden van een plat bord (leggen) . Toen had zij haar kleinkinderen bij elkaar (roepen) en het spelletje kon beginnen. Hansje, de eierdief, was met een omgekeerd kommetje in zijn handen binnen (komen) . Zijn broertje, zusje, neven en nichten hadden ieder het uiteinde van het touwtje (nemen) en volgden vol spanning elke beweging van de eierdief. Op instructie van oma had Hans (proberen) de kinderen af te leiden met een spannend verhaaltje zodat hij het kommetje over hun ei kon zetten. De kinderen waren even slim als hij en ieder had goed (opletten) want zij wilden niet dat hun ei "gestolen" werd. Door steeds tijdig aan hun touwtje te trekken, hebben zij (voorkomen) dat Hans hun eitje onder zijn kommetje zou krijgen. Maar uiteindelijk is hij er in (slagen) om alle eitjes een voor een te veroveren. Petra heeft haar ei het langst vast (houden) en is daarmee de nieuwe eierdief (worden) . De hele familie heeft van dit spelletje (genieten) . Hartelijk dank Oma!