> Other Dutch exercises on the same topic: BE, HAVE, DO, DID, WAS... [Change theme]
	> Similar tests: - Hebben / zijn - Auxiliaries - Auxiliaries - Imperfect-Zijn / Hebben - Present to be (zijn) and to have (hebben) - Present-hebben & zijn - Kunnen / mogen - Zijn/Hebben
	> Double-click on words you don't understand

Auxiliaries

Hij zingt goed ---) hij kan goed zingen. 

Twitter Share
Dutch exercise "Auxiliaries" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. KUNNEN : Ik lees strips.

2. KUNNEN : Ik ga naar Nederland .

3. KUNNEN : Hij loopt drie kilometer.

4. KUNNEN : Ik doe mijn huiswerk .

5. KUNNEN : Ik ben lid van de scouts .

6. KUNNEN : Dirk speelt volleybal .

7. KUNNEN : Hij spreekt Nederlands .

8. KUNNEN : Ze schilderen heel goed .

9. KUNNEN : Ik fiets .

10. KUNNEN : Je bent mijn vriend .