Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #25028

	> Other Dutch exercises on the same topics: Cars \| Journeys [Change theme]
	> Similar tests: - Transports - Beach - Family Janssens (7)-Transport - Transports - Vocabulary: car - Bike - Dialogue : Justice - Janssens (25)- Car mechanic
	> Double-click on words you don't understand

Transports

De bus

De trein

De auto

De wagen

De school

De fiets

De tram

De halte

De fabriek

Het vliegtuig

Het kaartje

Het ticket

Rijden

Vliegen

Gaan

Met de trein

Te voet

Twitter Share
Dutch exercise "Transports" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

Click on letters between brackets to build correct words. Click on the box to start again. A tip in the grey box.

1. We gaan (
O

T

V

T

E

E
) [t...] want het is niet ver. (2 words)

2. We nemen de (
E

T

I

R

N
) [t...] in het station van Brugge en rijden naar Oostende.

3. We moeten eerst een (
K

C

T

I

T

E
) [t...] kopen in het station.

4. Tijdens de grote vakantie reizen we naar Spanje met het (
E

T

I

L

G

I

V

U

G
) [vl...].

5. In de stad Gent kunnen we de bus of de (
T

A

M

R
) [t...] nemen om ons te verplaatsen.

6. Er zijn veel (
T

S

A

H

L

E
) [h...] om op te stappen.

7. Hij (
D

T

R

J

I
) [r...] te snel met de auto en dat is gevaarlijk.

8. Met de (
T

F

S

E

I
) [f...] kan je je in de binnenstad zeer gemakkelijk verplaatsen.

9. Veel leerlingen gaan te voet naar (
L

S

H

O

C

O
) [s...].

10. Mijn vader rijdt voor zijn gezondheid met de fiets naar de (
R

B

F

E

I

K

A
) [f...].

End of the free exercise to learn Dutch: Transports
A free Dutch exercise to learn Dutch.
Other Dutch exercises on the same topics : Cars | Journeys | All our lessons and exercises