Learn dutch 100% free
Log in!

Click here to log in
New account
Several accounts created on all our sites.
JOIN our free club and learn for free now!

  • Home
  • Report a bug


  •  


    Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #30854





    > Other Dutch exercises on the same topic: Animals [Change theme]
    > Similar tests: - Alphabet-Animals - Animals - Cats - Animals - Animals - Animals- quiz - Horses - Animals-quiz
    > Double-click on words you don't understand


    Cat or dog?


    Kat of hond ?

    In onze landen hebben heel wat mensen een huisdier, meestal een hond of een kat. Soms vergelijken we die twee en dan merken we een heleboel verschillen op. Maar wist je dat de hond het oudste huisdier van de mens is en de kat het jongste ? Als een kattin aan zichzelf wordt overgelaten, zal ze veel vlugger verwilderen dan de hond. Maar ze is dan ook in staat helemaal voor zichzelf en haar jongen te zorgen.

    Een hond en een kat mag je eigenlijk niet met elkaar vergelijken omdat ze zo verschillend van afkomst zijn. De hond is een sociaal dier van wie de voorouders in groepen leefden.  Elke groep had een leider waaraan moest worden gehoorzaamd. Daarom heeft de hond een baas nodig en gehoorzaamt hem.

    De kat daarentegen is altijd een individualist geweest die nooit een leider heeft gehad. Daarom is hij ook bij ons thuis, zo onafhankelijk.

    het huisdier (en)

    de afkomst (en)

    de voorouder (s)

    de leider (s)

    vergelijken (met)

    op|merken - merkte op - opgemerkt

    over|laten - liet over - overgelaten

    verwilderen

    zorgen voor

    in groep leven

    gehoorzamen (aan)

    heleboel

    eigenlijk

    daarentegen






    Twitter Share
    Dutch exercise "Cat or dog?" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
    Click here to see the current stats of this Dutch test

    Please log in to save your progress.


    Click on letters between brackets to build correct words. Click on the box to start again. A tip in the grey box.


    1. Vele mensen hebben een ( )   [h...].

    2. We ( )   [ve...] honden en katten.

    3. De hond is het ( )   [ou...] van de mens. (2 words)

    4. Veel katten worden aan zichzelf ( )   [ov...].

    5. De katten zijn in staat voor zichzelf en hun ( )   [j...] te zorgen.

    6. We merken een ( )   [h...] verschillen op tussen die dieren.

    7. De ( )   [vo...] van honden leefden in groepen.

    8. Een hond ( )   [ge...] aan zijn baas.

    9. De kat is meer individualist en ( )   [on...].

    10. Katten en honden zijn ( )   [ve...] van afkomst.










    End of the free exercise to learn Dutch: Cat or dog?
    A free Dutch exercise to learn Dutch.
    Other Dutch exercises on the same topic : Animals | All our lessons and exercises