> Other Dutch exercises on the same topic: Adjectives [Change theme]
	> Similar tests: - Adjectives - Numbers - Adjectives - Possessive adjectives - Adjectives - Adjectives - Superlatives - Adjectives
	> Double-click on words you don't understand

Adjectives

Twitter Share
Dutch exercise "Adjectives" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. Hans is een (geschikt) jongen.

2. Zij is een (geniaal) zangeres.

3. We hebben een (gemeenschappelijk) tuin met de buren.

4. In de lente is er een geleidelijke overgang van koud naar (warm) weer.

5. De etalages zijn (vrolijk).

6. De bloemen en de vaas vormen een (leuk) geheel.

7. Cindy en Bart wonen in een (buitengewoon) huis.

8. Die man is een (briljant) pianist.

9. Een blokfluit is een (houten) fluit.

10. Hij kan dat (zwaar) werk fysiek niet aan.