> Other Dutch exercises on the same topic: BE, HAVE, DO, DID, WAS... [Change theme]
	> Similar tests: - Hebben / zijn - Auxiliaries - Auxiliaries - Auxiliaries - Imperfect-Zijn / Hebben - Present to be (zijn) and to have (hebben) - Present-hebben & zijn - Kunnen / mogen
	> Double-click on words you don't understand

Auxiliaries

 (kunnen, moeten, mogen, willen)

Twitter Share
Dutch exercise "Auxiliaries" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. De secretaresse u met de verkoper verbinden.

2. Thomas is ziek en niet uit zijn bed komen.

3. Ik versta je niet goed : je langzamer spreken ?

4. Gerda niet met ons meegaan van haar moeder.

5. Jan Frans leren spreken.

6. Kleine kinderen lange uren slapen.

7. Je absoluut Brugge bezoeken.

8. Ik haar vanavond opbellen.

9. je me die tekst herlezen ?

10. Fieters hier niet op de straat rijden.