Learn dutch 100% free
Log in!

Click here to log in
New account
Several accounts created on all our sites.
JOIN our free club and learn for free now!

  • Home
  • Report a bug


  •  


    Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #82755
    > Other Dutch exercises on the same topic: Present [Change theme]
    > Similar tests: - Animals(1)-sounds - Netherlands (14) - Present - Zijn - Present: hebben - Imperfect - Present - Present-particles
    > Double-click on words you don't understand


    Present






    Twitter Share
    Dutch exercise "Present" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
    Click here to see the current stats of this Dutch test

    Please log in to save your progress.


    1. Wie komen daar ?

    2. Mia zitten aan tafel.

    3. Hij lezen de krant.

    4. Peter leggen zijn boek op de tafel.

    5. De directeur willen de nieuwe secretaresse zelf ontmoeten.

    6. Het zijn altijd druk in het centrum van de stad.

    7. Wie praten met de directeur ?

    8. De auto staan achter het huis.

    9. Ik vertalen die mœilijke zin.

    10. Dat kunnen ik mœilijk geloven.

    11. Hij dragen altijd een blauw hemd.

    12. Om je huis te bouwen moeten je een goede architect raadplegen.

    13. Ik gaan morgen naar Brussel.

    14. Ze durven niet binnenkomen.

    15. Wat drinken je ?

    16. De bediende mogen de computer niet gebruiken.

    17. Ik hebben vijf zusjes.

    18. Die leerling werken hard.

    19. Hij binnenkomen .

    20. U hebben (forme très polie) weinig interesse voor het lezen.










    End of the free exercise to learn Dutch: Present
    A free Dutch exercise to learn Dutch.
    Other Dutch exercises on the same topic : Present | All our lessons and exercises