Learn dutch 100% free
Log in!

Click here to log in
New account
Several accounts created on all our sites.
JOIN our free club and learn for free now!

  • Home
  • Report a bug


  •  


    Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #28839





    > Other Dutch exercises on the same topics: Countable & uncountable nouns | tout in French [Change theme]
    > Similar tests: - 'het' - Alle/hele - Allemaal, hele... - Hele, al... - Indefinite adjectives - Hele, alles... - Indefinite adjectives & pronouns - Heel / helemaal
    > Double-click on words you don't understand


    Al...




    1. AL  :

    Al de wijn is gedronken.

    Al die personen gaan weg.

    Al wie dat denkt, heeft geen gelijk.

    Al wat ze wil, is rust.

    Al zingend ging hij werken.

    2. ALLE  :

    Alle hoop is mogelijk.

    Al de jongens, die op die school zitten, dragen korte broeken.
    Ik vind dat alle kinderen zelfzuchtig zijn.

    De dieren van dit laboratorium werden alle bevrijd.

    3. ALLEN :

    De bedienden ?  Allen  zijn gaan eten.

    4. ALLEMAAL :

    De bedienden zijn allemaal gaan eten.

    5. ALLES  :

    Ik heb alles klaargemaakt.

    6. HEEL :

    Hij slaapt de hele dag !

    Hij is heel vriendelijk.

    7. HELEMAAL :

    Mijn dochter vertelt me helemaal niets.

    8. ELK et IEDER :

    Hij kan elk ogenblik komen.

    9. IEDEREEN :

    Iedereen kent zijn rol in het toneelstuk.

    10. HOE ... OOK :

    Hoe rijk hij ook is, hij wil altijd meer verdienen.

     





    Twitter Share
    Dutch exercise "Al..." created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
    Click here to see the current stats of this Dutch test

    Please log in to save your progress.


    1. Daar ga ik mee akkoord.

    2. zal een cadeautje krijgen.

    3. punt wordt in het debat besproken

    4. Bartje besteedt zijn zakgeld aan snoep.

    5. Als we minder consumeren, dan zullen velen onder ons hun baan kwijtraken.

    6. Ze heeft zulke mooie ogen dat jongens verliefd worden op haar.

    7. Ze is de dag haar mails aan het lezen.

    8. In mijn dagboek schrijf ik dag wat ik beleefd heb.

    9. haar geld staat op de bank.

    10. wat je leest is interessant.










    End of the free exercise to learn Dutch: Al...
    A free Dutch exercise to learn Dutch.
    Other Dutch exercises on the same topics : Countable & uncountable nouns | tout in French | All our lessons and exercises