> Other Dutch exercises on the same topics: Idioms | Prepositions [Change theme]
	> Similar tests: - Prepositions - Zijn - Prepositions - Om te/voor - Prepositions - Verbs + Prepositions - Idioms containing prepositions - Daarna, na / nadat?
	> Double-click on words you don't understand

Prepositions

Twitter Share
Dutch exercise "Prepositions" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. De fabriek dumpt olie aan in om op over over/met voor I don't know zee.

2. Je moet eerbied hebben aan in om op over over/met voor I don't know oudere mensen, zeggen mijn ouders.

3. Corinne deed een elastiekje aan in om op over over/met voor I don't know de papieren.

4. Mijn moeder droeg een elegante avondjurk aan in om op over over/met voor I don't know het feest.

5. Er werd een enquête gehouden aan in om op over over/met voor I don't know de veiligheid op straat.

6. Ik erger me aan in om op over over/met voor I don't know die hondenpoep op het speelveld.

7. Wij zijn u zeer erkentelijk aan in om op over over/met voor I don't know uw hulp.

8. De jongeren hangen dikwijls aan in om op over over/met voor I don't know de telefoon.

9. Email lijkt een beetje aan in om op over over/met voor I don't know gekleurd glas.

10. Cindy was erg enthousiast aan in om op over over/met voor I don't know haar nieuwe rolschaatsen.