> Other Dutch exercises on the same topic: Grammar [Change theme]
	> Similar tests: - Grammar - Infinitive - Hard sentences - ER IS ... ER ZIJN - Easy sentences - Build these sentences - Sentences with ER - Build these words (1)
	> Double-click on words you don't understand

Easy sentences

Add the words between brackets. Write the full sentence.

Twitter Share
Dutch exercise "Easy sentences" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. (vanavond). Er is een gala in de schouwburg.

2. (vanmiddag) Ik ga naar de stad om boodschappen te doen.


3. ('s avonds) Het is een gegeven dat het donker wordt.

4. (elke avond) De kinderen gaan gehoorzaam slapen.

5. (gisteren) Een van de reizigers heeft zijn hand verbrand.


6. (sinds twee maanden) Jan zocht een nieuwe job.

7. (volgende week) Ik vertrek naar Antwerpen.

8. (morgen) Ik ga naar de bioscoop.

9. (gisteren) Ik heb in de tuin gewerkt.

10. (nu) Ze gaan iets drinken.