> Other Dutch exercises on the same topic: Particles [Change theme]
	> Similar tests: - Present-particles - Verbs + particle - Present perfect-Verbs + particle - Particle : IN - Verbs + particle - Particle: AAN - Present perfect-particles - Past participles-Verbs + particle
	> Double-click on words you don't understand

Verbs with particles

Twitter Share
Dutch exercise "Verbs with particles" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

To insert special letters:

1. herhalen - Kun je die vraag ?



2. uitleggen - In dit woordenboek worden woorden helder.




3. optrekken (imparfait) - Hij zijn magere schouders en schudde zijn hoofd.




4. uitrekenen (imparfait) - Peter globaal hoeveel geld hij nodig had.




5. binnenkomen (présent) - Moeder de kamer van Bart.



6. verwarmen (présent) - u uw huis met gas of met stookolie ?



7. doorstaan - De patiënt heeft de operatie goed.



8. doorzetten (imparfait) - De wielrenner en won de wedstrijd.



9. overschrijven - Ik heb het rapport.




10. herlezen - Hebben jullie die tekst goed ?