Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #38653

	> Other Dutch exercises on the same topic: Demonstrative pronouns [Change theme]
	> Similar tests: - Demonstratives: deze -die-dit-dat - Demonstrative adjectives - Demonstrative adjectives - Demonstrative adjectives - Adjectifs démonstratifs - Demonstrative adjectives - DIE or DAT? - Die/dat
	> Double-click on words you don't understand

Demonstrative adjectives

	Hier	Daar
DE (singular and plural)	DEZE	DIE
HET (singular)	DIT	DAT

Twitter Share
Dutch exercise "Demonstrative adjectives" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. Ik moet naar station gaan. (daar)

2. bus is al een kwartier te laat. (daar)

3. Ik ga met fiets naar België. (hier)

4. feest begint om drie uur. (daar)

5. geld is van mijn moeder. (hier)

6. Ik wil flat huren. (hier)

7. Ziet u tram? (daar)

8. Helma drinkt kopje koffie. (hier)

9. In centrum staan veel wagens. (hier)

10. kinderen zijn nog jong. (daar)

End of the free exercise to learn Dutch: Demonstrative adjectives
A free Dutch exercise to learn Dutch.
Other Dutch exercises on the same topic : Demonstrative pronouns | All our lessons and exercises