> Other Dutch exercises on the same topic: BE, HAVE, DO, DID, WAS... [Change theme]
	> Similar tests: - Hebben / zijn - Auxiliaries - Auxiliaries - Auxiliaries - Imperfect-Zijn / Hebben - Present to be (zijn) and to have (hebben) - Present-hebben & zijn - Kunnen / mogen
	> Double-click on words you don't understand

Present

Add auxiliaries

Twitter Share
Dutch exercise "Present" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
Click here to see the current stats of this Dutch test

Please log in to save your progress.

1. mijn vriend hier blijven slapen ?, vraagt Pol aan zijn moeder.

2. In Parijs je een veel betere opleiding volgen.

3. Geef dat boek : de klant het zien.

4. Mijn moeder geen thee drinken.

5. Familie en vrienden een kopje koffie drinken.

6. In de klas we niet praten.

7. ik nu betalen

8. of ik het morgen doen ?

9. Dit boek ik niet lezen van mijn moeder.

10. Ze iets nieuws zien.