Learn dutch 100% free
Log in!

Click here to log in
New account
Several accounts created on all our sites.
JOIN our free club and learn for free now!

  • Home
  • Report a bug


  •  


    Learn Dutch > Dutch lessons and exercises > Dutch test #98761
    > Other Dutch exercises on the same topics: Pronouns | Relative sentences [Change theme]
    > Similar tests: - Relative clauses - Relative pronouns - Subordinate clauses - Relative clauses (2) - Relative pronouns - Relative pronouns - Relative pronouns - Relative pronouns
    > Double-click on words you don't understand


    Relative subordinate clauses


    Relative subordinate clauses



    Twitter Share
    Dutch exercise "Relative subordinate clauses" created by mariebru with The test builder. [More lessons & exercises from mariebru]
    Click here to see the current stats of this Dutch test

    Please log in to save your progress.


    1. Liesje, nog maar in het derde leerjaar zat, begreep niet waarover ik praatte.

    2. Niet alles je op school leert, kun je later gebruiken.

    3. Spijbelen is vooral een probleem voor de leerlingen in het hoger middelbaar zitten.

    4. Het schrift ik schrijf is nu vol.

    5. Het meisje hij lachte, keerde hem de rug toe.

    6. Het paard de ruiter reed, struikelde over de laatste hindernis.

    7. De renner in 1975 het hoogste startgeld werd uitbetaald, was E. Merckx.

    8. Al ik doe, vindt de leraar verkeerd.

    9. Het paard, Marie heeft gekocht, heet Junior.

    10. Het meisje wilde weten ze op haar mooiste was.










    End of the free exercise to learn Dutch: Relative subordinate clauses
    A free Dutch exercise to learn Dutch.
    Other Dutch exercises on the same topics : Pronouns | Relative sentences | All our lessons and exercises